Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Oordeelt niet [46]naar het aanzien, maar oordeelt een rechtvaardig oordeel. 46. Dat is, als aanzieners der personen; dewijl gij in de uwen niet bestraft dat zij op den sabbat besnijden, zo behoort gij ook mij niet te bestraffen omdat Ik op de sabbat genees.